vendredi 14 septembre 2007

Twan


Twan Zimmermann
Portoviejo, Ecuador
Proyecto Café Manabí

Soms leek het wel alsof heel Ecuador met de hand omhoog in de hangmat lag te wachten totdat de hulp hen kwam aanwaaien. Af en toe werd ik moedeloos van mensen die niet komen opdagen, zich niet aan afspraken houden en niet bereid lijken te zijn zelf ook maar de geringste bijdrage te leveren aan het verbeteren van hun eigen leven.

Op de foto de constitutie van de eerste CRAC van ons project, een soort gemeenschapsbankje, opgestart met eigen lokaal kapitaal en waarin de mensen zelf alles doen. De jonge president, het levende bewijs dat mijn moedeloosheid onterecht was, hield hierbij zijn eerste toespraak. Met tranen in zijn ogen sprak hij van een droom die uitkwam, een droom die hen het gevoel gaf een eerste stap te doen naar een betere toekomst. Door alles klonk een ongekend vertrouwen in eigen kunnen. Om de volgende stappen naar een betere toekomst zelfstandig te kunnen en vooral te willen nemen. En bovenal sprak hij vanuit een diepe oprechte dankbaarheid.

Op dat moment bedacht ik me dat wij degenen zijn die dankbaar moeten zijn. Dankbaar voor alle kansen die wij hebben, dat we mógen helpen. Om dankbaarheid te mogen ontvangen van mensen die niets hebben, terwijl we zelf zoveel hebben. Zoveel dat we het kunnen delen. Zoveel dat we het moeten delen.

Aucun commentaire: